Deze berouwvolle of boetvaardige Sint Pieter of apostel Petrus werd door het veilinghuis toegeschreven aan Adriaen Thomasz Key (1544-1589). Leerling van zijn oom Willem Key (1515-68) wiens naam Key (Keijen) hij overnam. Zijn oom Willem was één van de knapste portretschilders van zijn tijd. Adriaen evenaarde diens werk bijna en daarom wordt veel werk van hem aan Willem Key of Frans Pourbus I toegeschreven. Beide briljante Antwerpse portretschilders die voor de high and mighty werkten. Beiden ook overtuigde calvinisten, net als Adriaen.

Dat het een ‘Saint Pierre en pénitent‘ is valt af te leiden aan de sleutel naast de man. Op het achterplan zien we de schuld van Petrus. Drie keer verzaakte of verloochende hij. Hij ontkende bij Jezus te horen. Daarachter zien we Jezus die voor Pilatus gebracht wordt.

Het gaat om een olieverf op paneel van 104 x 73 cm. Het schilderij bracht 3600 euro te vermeerderen met veilingkosten op.

Zoals vaker ga ik hier in op iets merkwaardigs. De toeschrijving is bijzaak, maar kan wel enige relevantie hebben.

De toeschrijving aan de protestantse Keys is wel plausibel omdat Petrus vieze nagels heeft. Iets wat we bij Pourbus en de Keys zien in altaarstukken. Het is iets wat enkel protestantse Antwerpse schilders deden. Om de menselijkheid en feilbaarheid te onderstrepen van heiligen. Een veelzeggend detail.

Nu vormt dat laatste wel een merkwaardig gegeven. Want het gaat hier om een Petrus-voorstelling. De prins der apostelen en de eerste bisschop van Rome. De eerste paus. Maar er is meer. En wel omwille van die sleutel. Normaal zijn er twee sleutels. Een zilveren en een gouden. Dat zijn niet de sleutels van de Eeuwige Stad Rome, maar van de hemelpoort en van de wereld. De twee sleutels zijn ook het wapen van de Paus. De opvolger van Petrus.

Deze Sint Pieter heeft één sleutel. Een ijzeren. Een ongebruikelijk iconografie. Al is één sleutel in de Nederlanden niet ongebruikelijk. Rafael daarentegen schilderde Petrus met twee. In de volgende prent van na de Val van Antwerpen in 1585 krijgt Petrus twee sleutels. De uitgave is van de katholiek Jan-Baptist Vrients. De prent is naar Maerten De Vos (lutheraan, maar expert in iconografie) en Hieronymus Wierix graveerde.

Jezus overhandigt de sleutels aan Petrus. Naar Maerten De Vos uitgegeven door Jan-Baptist Vrients in Antwerpen na 1585. (foto: Rijksmuseum)

Let op de nimbus, de herdersstaf en de Heilige Geest. Maar zelfs Maerten De Vos tekende Petrus soms met één sleutel zoals in de boetvaardige Petrus hieronder. Maar met aureool of nimbus.

Boetvaardige Petrus met één sleutel door Philips Galle uitgegeven naar Maerten De Vos. (foto: Rijksmuseum)

De keuze van wat afgebeeld is, vormt bij ons besproken schilderij een probleem. Meestal schildert men een haan (en een boek) bij Petrus en zijn sleutel(s). Om dat beter te zien staat hieronder een andere versie van hetzelfde schilderij dat eveneens aan Adriaen Thomasz Key toegeschreven werd.

Andere versie van het schilderij op een Britse veiling.

Deze Petrus is niet de archetypische kale oude man. En ook hier één sleutel en de neventaferelen. Die neventaferelen komen in andere schilderijen en prenten niet voor bij een afbeelding met Petrus als hoofdonderwerp. We weten dat Jezus voor Pilatus een kritiek is op oneerlijke justitie.

Dus zetten we even de thema’s op een rij.

  1. oneerlijke justitie (Pilatus)
  2. verraad (Petrus die ontkent bij Jezus te horen)
  3. de sleutels tot de wereld of de hemelpoort (Matheus-evangelie)
  4. de rode toga van Petrus

Opnieuw gaat het hier dus om een allegorie. Een religieuze allegorie gebaseerd op het Nieuwe Testament én op een latere traditie (namelijk de Legenda Aurea). Het gaat over de belangrijk zin ‘tu es Petrus et super hanc petram aedificabo ecclesiam mean et tibi dabo claves regni caelorum‘. De sleutels tot het koninkrijk der Hemelen, jij bent Petrus, de rots waarop ik mijn kerk zal bouwen. Zoals ook te zien in de Sint-Pietersbasiliek.

De koepel van de Sint-Pieters in Rome waar het citaat staat. Uiteraard door Michelangelo.

Misschien moeten we eerst even stilstaan bij wat niet afgebeeld is. De vissersring of bisschopsstaf. En de kletskop. Dit laatste is wat de heilige Hieronymus gaf als beschrijving en die bijna overal in de Westerse kunst gevolgd werd. Er is trouwens een tweede reden voor de kaalkop. Jacobus de Voragine schreef in de dertiende eeuw in zijn Legenda Aurea dat in Antiochië een deel van diens haar werd afgesneden om hem te vernederen. Ze lieten enkel een plukje aan zijn voorhoofd over (zie de prent van Maerten De Vos). Dit zou de oorsprong zijn van de tonsuur bij de (katholieke) clerus.

We hebben dus te maken met een atypische Sint Pieter. De sleutel is een twijfelgeval, want verwijst naar het Matheus-evangelie. De volle kop haar verwijst duidelijk niet naar de traditie zoals in de Legenda Aurea. En de rode toga is niet ongebruikelijk, maar toch opvallend. De tabarro en de mantum van de paus was in de zestiende eeuw rood. Of de kledij eronder wit was is niet helemaal duidelijk. Maar ook de grauwe kleding kan iets betekenen want de witte kledij van de paus verwijst naar het candida van de verkiezingen van Romeinse aediles. Die droegen toga’s gewit met kalk. De witte kleur van die toga’s zorgde voor de bijnaam candidati of kandidaten. Een term die bij verkiezingen nog steeds gebruikt wordt.

We hebben dus te maken met ontbrekende parafernalia en met zaken die opvallend aanwezig zijn, maar ongebruikelijk. Mijn hypothese is dat dit een Sint Pieter is die anti-paaps lijkt. Ontdaan van niet-Bijbels bijgeloof zoals tradities van de Heilige Hieronymus of heiligenlevens uit de dertiende eeuw. Ontdaan van niet christelijke zaken zoals de witte kleding. Ontdaan van de vissersring en bisschopsstaf. Zonder verwijzing naar de heiligheid zoals een nimbus of aureool.

Het enige wat wel verwijst naar Petrus is de sleutel. Maar duidelijk niet de twee sleutels van de pauselijke heraldiek.

Rest dus de rode toga of mantel. Die verwijst hoogstwaarschijnlijk naar de paus. en dan wordt het gevoelig. Want die eerste ‘paus’ verloochende Jezus in het achterplan en in dat achterplan zien we tevens oneerlijke rechtspraak. Is er een verband? Of een boodschap?

Met die interpretatie is maar één probleem. Het gaat om een boetvaardige Petrus. De prins van de apostelen. Die met gekruiste armen staat en de hemel aanschouwt. Kortom dit schilderij is zeer dubbelzinnig. Zonder twijfel zit er kritiek in op de religieuze dogma’s of iconografie. Misschien ook op de wereldlijke macht van de Kerk. Gaat het hier om een statement?

Ik besluit eerder dat het een protestants portret is van een boetvaardige apostel. Zeker geen heilige. Een belangrijk personage uit de geschriften. Een apostel met zeer menselijke gebreken in een tijd dat verloochenen en schuldgevoel dagelijkse kost waren.

Iets waar Key allicht ook mee worstelde. Want wat gebeurde met Adriaen Thomasz Key na de Val van Antwerpen? Hij bleef er wonen en werken. Hij moest het calvinisme afzweren en terugkeren naar de moederkerk. Na 1589 is er geen spoor meer te vinden van hem in de archieven. Dus wordt aangenomen dat hij stierf in 1589.