Antropomorfe landschappen waren een Antwerpse vondst van circa 1550. Vermoedelijk door de kunstschilder Herri met de Bles. Over die schilder weten we bijna niets buiten dat ie ongemeen populair was tot in Italië en wellicht afkomstig uit hetzelfde dorp als Joachim Patinir, namelijk Bouvignes.
Herri met de Bles was de leermeester van Frans Mostaert, de tweelingbroer van Gillis Mostaert. Frans was naar verluidt net als zijn meester een uitmuntend landschapschilder. Alleen hebben we niet één werk om dat te bewijzen. Hieronder is het bekendste antropomorf landschap van Herri met de Bles. De marktkramer die bestolen wordt door apen.
Een tweede dergelijk schilderij in dezelfde collectie is een prediking van Johannes de Doper. Eveneens door Herri met de Bles.
Van die marktkramer en die apen hebben we een prent naar Pieter Bruegel. Gegraveerd door Pieter Van der Heyden. Trouwens helemaal niet antropomorf. Het is wel opmerkelijk dat Herri met de Bles hier een onderwerp van een schilderij van Bruegel en een onderwerp van een prent naar Bruegel zou gebruiken. Bruegel was een stuk jonger dan Herri en stierf ook later. Dus moeten we misschien zeggen dat Bruegel zich op Herri met de Bles inspireerde?
Op het moment dat Pieter Breugel meester werd in het Sint-Lucasgilde liep de carrière van Herri met de Bles op haar einde. Bruegel was generatiegenoot en vriend van de Mostaerts. Waarvan één leerling bij Herri.
Los van het onderwerp, is dus ook de compositie belangrijk. Vooral dan dat antropomorfe. Hoe zie je dat? Wanneer de schilderijen op hun kant staan is het beter zichtbaar dat een gezicht in de compositie verwerkt is.
Hoe interessant deze topwerken van Herri met de Bles ook zijn, wil ik het hier hebben over de mindere werken uit de decennia die volgden. De moeilijker leesbare werken, die tegelijk opvallender antropomorfe landschappen zijn.
Klein oeuvre aan antropomorfe landschappen
In 2016 verscheen een schilderij op de veiling dat helemaal bovenaan deze tekst staat. Het is een kopie of bijna hetzelfde schilderij als één van de pendanten van een duo dat in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten van België te Brussel hangt. De datering is rond 1570. Dus al een stukje jonger dan die van Herri met de Bles. En opvallend veel minder subtiel.
Grappig genoeg verscheen ook de pendant (de vrouw) op de veiling in 2018. En dat was helemaal niet zo’n slechte kwaliteit van schilderij. Of je het mooi vind is een andere zaak. Olieverf op paneel en toch relatief goede staat. Dus wel handig dat ik de foto’s steeds bewaar.
Spelen met psychologische effect
Hoewel het misschien al duidelijk is voor veel lezers leg ik het nog eens uit. Antropomorfisme is het zien van mensen in andere dingen. Of het projecteren van menselijke eigenschappen op dingen of dieren. De bekendste voorbeelden zijn natuurdocumentaires waar de commentator of voice-over de dieren allerlei menselijke eigenschappen of gevoelens toeschrijft. Bij antropomorfe landschappen speelt de kunstenaar met diezelfde psychologie door moedwillig ervoor te zorgen dat de kijker een mens ziet. Het gaat dus om landschappen waarin ook een mens gezien moet worden.
Veel onderzoek over dit onderwerp bestaat er niet. De Franse professor Michel Weemans van de Sorbonne schreef erover en daarmee hebben we het ernstige academische werk helaas zowat gehad.
Dat gebrek aan kennis levert tal van problemen op. Meestal dateren veilinghuizen dergelijke antropomorfe (op mens lijkende) landschappen in de zeventiende eeuw. Daarbij maken ze een kolossale misser als ze verwijzen naar een uitleg dat alles begon bij de bizarre auteur Athanasius Kircher in de zeventiende eeuw. Dat was een mythomane priester die trouwens moeite had met fantasie of fabuleren en wetenschap bedrijven gescheiden te houden.
Bijna allemaal verwijzen ze ook naar een klassieke legende. De legende gaat als volgt. Volgens Marcus Vitrivius Pollio wou Deinocrates een landschap zo inrichten dat een immens portret van Alexander de Grote te zien werd op de berg Athos. Het project kwam er nooit.
De reden voor al die foute dateringen lijkt documentatie te zijn. Bijvoorbeeld omdat Pieter Schenk in Amsterdam eind zeventiende, begin achttiende eeuw een reeks prenten uitgaf met dergelijke antropomorfe landschappen.
Maar laten we terugkomen op de antropomorfe landschappen die de inventie van Herri met de Bles op opvallender wijze toepassen. Het ene antropomorfe landschap is al geslaagder dan het andere.
Meestal anonieme kunstwerken
Slechts enkele zijn gesigneerd. Zoals onderstaande van Joos De Momper. Een kunstschilder actief op het einde van de zestiende en het begin van de zeventiende eeuw. Iemand ie Bruegel vaak emuleerde in zijn beginjaren.
Voor de andere seizoenen moet ik helaas beelden geven van slechte foto’s uit boeken die ik in 2014 maakte met een mobiele telefoon.
Logischerwijs mag je die antropomorfe schilderijen van Joos De Momper dateren ergens in de jaren 1580-1590.
Gimmick of speciale betekenis?
Wat moet je daar nu van denken? Wat betekenen ze? Buiten een leuke gimmick moet er meer achter zitten. Misschien leren andere nieuwe genres uit die periode ons iets. Jaren geleden schreef ik al over dit soort schilderijen in Openbaar Kunstbezit in Vlaanderen.
Ik keek naar twee soorten en telkens met eten. Eten in de kunst was een Antwerpse vernieuwing uit de zestiende eeuw. De betekenis van de markttaferelen van Pieters Aertsen en Joachim Beuckelaer zijn nog steeds het onderwerp van speculatie. Van de Vleesstal van Pieter Aertsen is geweten dat het kritiek op corruptie in Antwerpen bevat. Vleespotten verwijzen in het dagelijkse taalgebruik nog steeds naar omkoping of misbruik van overheidsgeld.
Bij antropomorfe schilderkunst denken we automatisch aan de Italiaan Giuseppe Arcimboldo. Een tijdgenoot van Bruegel en Herri met de Bles. Arcimboldo schilderde prachtige schilderijen met hoofden uit etenswaren of andere materialen.
Die naam is verbonden met keizer Rudolf II (zotte Rudolf). Het Oostenrijkse keizerlijke hof trachtte in Italië en de Nederlanden alle werk van Arcimboldo, Bruegel en de Nederlandse beeldhouwer Giambologna op te kopen. In de ogen van de keizer waren zij de echte vernieuwers. Arcimboldo portretteerd in de jaren 1590 Rudolf als Vertumnus in een antropomorf schilderij.
Innovaties als het antropomorfe landschap in Antwerpen, de bruiloften en de markttaferelen bleven echter een kleine avant-garde die overschaduwd werd door religieuze kunst en portretkunst.
Laten we nog eens goed kijken naar de vrouw die in 2018 geveild werd. Daar gebeurt vanalles in dat landschap. Allen daar is niets te bespeuren dat allegorisch of narratief interessant lijkt. Toch wel een hemelsbreed verschil met die eerste twee door Herri met de Bles.
De voorlopige conclusie is dat het net zoals allegorische schilderijen conversation pieces waren. Spelletjes voor intellectuelen. Let wel geen goedkope zaak. Zo’n paneel zal best duur geweest zijn. De diepere betekenis in het picturale is niet duidelijk. Soms moet je toegeven dat je iets (nog) niet weet. Al is het natuurlijk op zich al interessant om stil te staan bij het psychologische effect om overal mensen in te zien of mensen te projecteren op dingen zoals landschappen . Dat in de zestiende eeuw dit bewust besproken werd is op zich al héél interessant.
Een reactie achterlaten
Je moet inloggen om een reactie te kunnen plaatsen.