De bourgeoisie dat zijn de lui die absoluut geen bourgeois genoemd willen worden. Als u bij bourgeoiscultuur nog denkt aan een cognacje en een dikke sigaar dan zou u nog wel gelijk kunnen hebben, maar als u denkt aan driedelige maatpakken, manchetknopen en brogues, ouderwetse dubbele namen en een bekrompen versie van Oli B. Bommel dan moet u dringend uw vizier laten ijken. Ze zorgen nog steeds beter voor hun hond of paard dan voor hun medemens. De bekrompen bourgeois is terug van nooit weggeweest en hij praat zelfs niet meer bekakt.

Voor de duidelijkheid som ik even de kenmerken van de bourgeoisie op. Het zijn zij die de macht hebben zowel economisch als politiek. Die de weg kennen en die de mensen kennen die de deur sluiten of openhouden waar de gewone man of vrouw niet door komt. Zij die al generaties andersdenkenden proberen uit te schakelen. Zij die zeker geen inspraak in het debat wensen te geven en elke dissonant demoniseren. De bourgeoiscultuur is een gesloten cultuur. Een bouwsel van opeengestapelde vanzelfsprekende waarheden.

Indien u dacht dat bourgeoiscultuur passé was sedert de contestatie uit de jaren 1970, moet u vooral verder lezen. De contestatie door de avant-garde kwam immers gek genoeg ook altijd voort uit een groep die zelf tot die bourgeoisie behoort. De revolterenden provoceren en choqueren graag hun eigen groep. Deze groep is echter meestal klein en betekenisloos. Machteloos ook vaak, al krijgen ze juist door het behoren tot de in-crowd wel heel veel aandacht. Iets wat echte buitenstaanders zelfs niet mogen verhopen.

Een andere ideologie dan bestendigen van haar macht en positie heeft de bourgeoisie niet en daarom dat er niet zoiets bestaat als een bourgeoisideologie of een bourgeoispartij. Erger dan een nihilisme bestaat de ware ideologie van de bourgeoisie uit modegrillen. Modieuze mythes die constant vervangen worden door nieuwe of herwerkte oude thema’s die eigenlijk per definitie extreem conservatief zijn. Conservatief in die zin dat ze enkel dienen om de bourgeoisie haar greep op de politiek te helpen bestendigen.

Die eeuwige wedergeboorte van dezelfde bourgeoisie als liberaal, katholiek, sociaal-democraat, progressief of groen valt af te lezen uit vele fenomenen.

De grappigste — of meest tragische zo de lezer wil — is de vlucht van de bourgeoisie uit haar burgerlijkheid en haar eigen burgerlijke waarden. Daarom noemen ze zichzelf steevast progressief of ruimdenkend (maar spreek ze niet tegen).

Die eeuwige transformatie waarbij niets fundamenteels verandert in de maatschappij uit zich in de commercialisatie van telkens nieuwe politieke correctheid. Van fair trade kasjmier tot door Greenpeace gecertifieerd katoen dat zonder biotechnologie of gewasbescherming geteeld werd, maar wel door kinderen in elkaar genaaid in sweatshops. Hierbij moet ik steeds denken aan een college recht van professor De Cort in 1991. De casus ging over een jongedame van goeden huize die tegen de wil van haar vader huwde met een man uit een arbeidersmilieu. De gebelgde vader onterfde prompt de dochter, zelfs een kleinkind mocht hier niet aan verhelpen en na zijn overlijden sleepte dochterlief de rest van de familie voor de rechtbank. De rechter besliste echter dat de vader in zijn recht was aangezien de dochter tegen de regels van het fatsoen in haar vaders wil had genegeerd, aan zijn vaderlijke goedkeuring verzaakt had en dus terecht onterfd werd. De dochter daarentegen gaf niet op en begon een jarenlange juridische strijd om tenslotte ruim na de Tweede Wereldoorlog een vonnis in haar voordeel te bekomen.

De ironie van dit vonnis was dat de rechter oordeelde dat de vader een onvergeeflijke fout beging omdat het niet fatsoenlijk was je dochter te onterven omdat ze uit liefde, zullen we dan maar aannemen, huwde met de man van haar keuze. De mores waren in de loop de jaren veranderd, maar de redenering betreft de uiterst burgerlijke waarde fatsoen bleef wel het criterium. Moeten we hier nu uit afleiden dat de maatschappij beter was geworden? Dat de rechtspraak menselijker werd? Neen, driewerf neen.

De bourgeoiscultuur was gewoon verveld in een nieuwe politieke correctheid. De grond van de zaak, namelijk geld en bezittingen, was niet veranderd. Wettelijk en allicht ook biologisch bleef ze zijn kind. De dochter bleef bourgeois in al haar aspiraties. De volgende generatie bourgeois hanteerde ondertussen gewoon een andere retoriek.

Aan de essentie dat ze beneden haar stand huwde had de rechter geen boodschap. De dochter evenmin; zij vond dat ze recht had op haar status en gebruikte een bourgeoismiddel om haar doel te bereiken. Een rechtszaak met burgerlijke argumenten zoals fatsoen. De vrije wil van de vader, zijn autonoom recht om zelf te beslissen kwam in geen van beide processen naar voor als middel. Het feit dat de dochter en haar halve trouwboek ook op eigen merites een gelukkig leven konden opbouwen leek compleet irrelevant.

Die eeuwige transformatie van fabricaties die enkel tot doel hebben de bourgeoisie op haar plaats te houden is iets wat ook nu nog steeds manifest opduikt. In die mate dat elke nieuwe mythe die de burgerij zich aanmeet onmiddellijk gecommercialiseerd wordt. Enkele fraaie voorbeelden zijn de irrationele onzin over biologische voeding en het klimaatgeloof. Met een SUV boodschappen doen en biologische groenten en zuivel (alsof de andere groenten en zuivel chemische Ersatz waren) kopen, is niet zo verschillend van peperdure aardbeien in januari kopen in een primeurwinkel vijftig jaar geleden. De primeurwinkel is nu gewoon een rayon met voorverpakte waren bij een grootgrutter. Een petit-bourgeois minder dankzij de aandeelhouders, de vastgoedprijzen en de globalisering.

Ook het opdringen van allerlei politiek correcte bekommernissen van de bourgeoisie zoals het standpunt betreffende homoseksualiteit en recenter nog transgenders. De steeds veranderende burgerlijke waarden komen altijd weer vanuit de bourgeoisie. Hoewel de wereld tal van ergere problemen kent dan bijvoorbeeld het aanbod aan veganistische maaltijden op restaurant, fictieve groene stroom of de ecologische voetafdruk van op reis gaan met een vliegtuig, komen die dan ook disproportioneel in de media. Dat hele bevolkingsgroepen helemaal nooit op vakantie kunnen of enkel de wasbak in de keuken van restaurants zien lijkt een alternatief universum. Logisch want ook de media worden bevolkt door lui die geen bourgeois genoemd willen worden. Bourgeois staat immers voor bekrompen ideeën en een hoofdzakelijk door status en consumptie gedreven bestaan.

Nochtans gaan zowel de hele discussies over elektrische voertuigen, als die over het klimaat en over biologische voeding feitelijk over consumptie waar het merendeel van de wereldbevolking geen prioriteit aan geeft of kan geven. Het zijn ideologische constructies (door een bourgeoisie) die twee kenmerken vertonen: ten eerste het grote gelijk en de minachting van al wie belangrijkers aan zijn hoofd heeft zoals overleven (of rondkomen). Ten tweede vertonen ze een nauwelijks verhulde drang naar de status quo. De maatschappelijke, economische en politieke status quo welteverstaan. Het zijn tevens thema’s die in essentie over consumptie gaan door een groep die haar als waarden vermomde consumptieve voorkeuren wil doordrukken.

De openbare omroep hoeft echt niet dagelijks activistische documentaires uit te zenden over vermeende klimaatopwarming, over homohuwelijken of over incidenten zoals homohaat. Steeds dat vingertje. Jaarlijks zijn er een handvol gevallen van gaybashing. Hoe traumatisch ook voor het slachtoffer is de maatschappelijke relevantie miniem. De doelgroep is niet de gaybasher die allicht toch geen journaal op tv kijkt of toch bijna zeker niet in het Nederlands. De eigenlijke boodschap is die van morele superioriteit. Of zelfs een latent racisme.Niet meer of niet minder danbij de talrijke reportages over vrouwenbesnijdenis die enkel inspelen op de empathie van de vrouwelijke kijkers, want de plegers van dergelijke primitieve verminkingen behoren niet tot de doelgroep van de nieuwsdienst. Dat er geen docu’s zijn over besnijdenis bij mannen of over castratie zegt dan weer alles over mannen. Die krimpen al ineen bij het zien van een verdwaalde voetbal op een onbekende zijn edele delen en dat zou dus enkel tot zappen aanzetten met minder kijkcijfers tot gevolg. Dagelijks zijn er ontelbare handtassenroven, inbraken, car-jackings en andere geweldsdelicten zoals verkrachtingen en aanrandingen. Die halen het journaal niet. Uit onderzoek blijkt dat bijna iedereen in de Benelux vrijheid/blijheid onderschrijft wat betreft homoseksualiteit.

Normale mensen willen niet weten wat een ander in zijn slaapkamer uitspookt, maar gunnen ieder diertje zijn pleziertje, zolang het deviante gedrag geen openbare zedenschennis wordt. Dat bepaalde halvezolen discriminerende zaken roepen is pijnlijk en soms zelfs strafbaar. Dat dit straffeloos zou kunnen dat zou pas nieuws zijn. Dat bepaalde mensen hun poten niet thuis kunnen houden en de politie niet optreedt of justitie het weg zou lachen dat is wel nieuws. Dat in China homohuwelijken verboden zijn of dat in Jamaica de mensen heel negatief staan tegen homo’s is jammerlijk, maar zijn dat nu de ergste zaken die dringend door de strot van de tv-kijker in de Benelux geramd dienen te worden?

Die banalisering enerzijds en die monomane propaganda voor bepaalde onderwerpen duikt overal op. Doch achter dit alles zit naast een platte commerciële kijkcijferstrategie die niet bekommerd lijkt om volksverheffing, vooral het opleggen van zogenaamde universele waarheden. Een soort catechismus met mantras die eindeloos herhaald dienen. Het gaat hier niet om informatie, maar om infotainment en preken voor eigen parochie over het grote gelijk. Indoctrinatie met politieke correctheid zonder grenzen. De bottomline van deze “journalistiek” is echter dat ‘traditionele’ Chinezen, Russen en Jamaicanen achterlijke culturen hebben en de eigen bourgeoiscultuur met haar eigentijdse modieuze mythes en subculturen zovele malen superieur is. Want China of Rusland laat geen homohuwelijk toe. Bestaat er een institutie met groter bourgeoisgehalte dan een wettelijk huwelijk?

Tranentrekkerij

Amper één op tien van de lieve zwarte kleine zeehondjes op Robbeneiland (Zuid-Afrika) overleeft de eerste week. Ik was tot tranen toe bewogen toen ik de eindeloze doodstrijd van die lieflijke kleine roofdieren zag op de gloeiendhete rotsen langs de ijskoude rivier. De arme welpjes hun vacht werd tot 80 graden heet en een frisse duik in de rivier onderkoelde hen dadelijk zo erg dat het levensbedreigend werd. De vacht bij jonge dieren is immers nog niet waterdicht zodat ze tot op het bot nat en verkleumd uit het ijskoude water proberen kruipen. De zeehondenmoeders snelden niet ter hulp want die zorgen enkel voor hun eigen nageslacht. Zelfs het moederinstinct van een zeehond en haar gebrek aan altruïsme is onderhevig aan moralistische oordelen, terwijl de cameraman inzoomt op wegkwijnende pasgeboren zeehondjes. De bewuste tranentrekkerij en de ziekelijke antropomorfistische voice-over maakten me misselijk.

Het gemediatiseerd dierenleed is ook zo’n bourgeoisbekommernis. De bourgeoisdames hebben geen paarse spoeling meer, maar voor dierenleed in de media schiet het theekransje (of zumba of yogakrans) in het gelid. Het adagium dat ze beter voor hun honden zorgen dan voor hun personeel is een nog steeds onbetwist feit dat ook partijen voor dieren en allerhande veganistische actiegroepen kennen. Bij elk gruwelijk undercoverfilmpje in een obscure slachterij of kwekerij rinkelt de kassa. Dat terzelfdertijd in Jemen duizenden ondervoede baby’s omkomen omdat despoten uit Saudi-Arabië voedselhulp blokkeren met bombardementen gesteund door ons buurland Groot-Brittannië is dan weer geen nieuwswaardig gegeven. Dat de Britten en de Amerikanen de wapens leveren aan de Saudi’s evenmin. Dat de koningshuizen van België en Nederland hun Arabische collega’s — die nog slaven houden — op handelsmissies bezoeken, hoofddoeken dragen en omwille van de petrodollars regimes pluimstrijken lokt hoogstens een gespeelde verontwaardiging uit voor de microfoon van de kamer en dan nog enkel als de camera’s draaien. Dat dichter bij huis tienduizenden bejaarden niet voldoende pensioen trekken om hun bejaardentehuis te betalen: geen nieuws. Dat gehandicapten op eindeloze wachtlijsten staan: geen nieuws. Problematische laaggeletterdheid in sociaal zwakkere gezinnen: geen nieuws. Dat sociale huisvesting door de ongecontroleerde immigratie verwordt tot een verzameling onleefbare getto’s terwijl de eigen minderbedeelden de wachtrij steeds langer zien worden: allemaal geen nieuws. Dat files op bepaalde plaatsen niet meer eindigen en dat het spitsuur op bepaalde knooppunten een spitsdag werd… het lijkt allemaal geen bekommernis van openbare omroepen. Dat de gewone man of vrouw van zijn zwaar sociaal bevochten 8u werk, 8u slaap en 8u vrije tijd voor zijn gezin enkele uren moet afgeven door verkeerschaos, onbetrouwbaar openbaar vervoer enzovoort is inderdaad naar aloude bourgeoistraditie overigens geen probleem. Sommige dingen veranderen nooit.

Maar de “mogelijke” afschaffing op termijn van de belastingvrijstelling voor dure elektrische auto’s: groot nieuws. Verwende pubers die drie dagen kamperen bij een muziekfestival dat 250 € kost per persoon: 3 minuten in elk journaal gedurende twee of meer dagen. De parades van andersgeaarden in carnavaleske plunjes op platte wagens of schuiten door Europese binnensteden met gigantische kosten voor de gemeentelijke budgetten qua ordehandhaving, openbare reiniging en verkeersvrij maken van binnensteden dat is wel nieuws. Elke tweet van de rosse public enemy number one die als Überbourgeois de eigen kliek schoffeert: wereldnieuws. Daar verslikt de hoogopgeleide tweeverdiener met elektrische Brompton-fiets zich door in zijn quinoa.

Dit essay verscheen eerder in Civis Mundi Digitaal #65 op 2 september 2018.


Een reactie achterlaten