Dit essay verscheen eerder in Civis Mundi Digitaal #52 op 5 november 2017.

Vulpen beter dan toetsenbord

Auditoria lijken soms meer op een lunapark dan op een collegezaal. Wie wat verder naar achteren zit kan zo meevolgen op tientallen facebookpagina’s van studenten die hun gezichten blauw verlichten tot ergernis van de docenten. Smartphones liggen netjes te zoemen naast de laptop. Regelmatig zorgt een digitaal (t)weetje voor enig simultaan rumoer op de banken. Verder zitten tal van studenten vrolijk weg te tokkelen. Het gedrag doet mij vaak denken aan een voorval in een college van prof Delcroix in 1990.

De cursus psychanalyse du texte was zondermeer een zware cursus. De Luikse prof liet zijn ontzettend rijke taal van Molière als ononderbroken elkaar opvolgende golven over de studenten rollen tijdens zijn colleges over Baudelaire, Colette, Yourcenar en andere literaire reuzen. De meeste studenten schreven zich de kramp. Ik had dit al opgegeven want het leek beter hem aan te kijken en te luisteren en af en toe een kleine aantekening te maken als weer eens een onbekend en heel moeilijk woord passeerde. Op een zonnige lentedag wandelt via het schuifraam naar de patio een zwarte kat binnen en Delcroix merkt dit meteen op. Geheel in stijl met les Fleurs du mal vervolgde hij met de zin ‘Voilà le chat qui se promène…’ bijna alle studenten noteerden verbatim zijn opmerking en hij zag het en zag ook dat ik het zag. Met een sardonische glimlachje begint hij Le Chat van Baudelaire te reciteren en de studenten staken een tandje bij, kop in kas noteerden ze alles zonder zorgen over interpunctie, metrum en andere zaken waar Baudelaire allicht lak aan had. Die grap ging zo nog even door tot de zwarte kat gedesinteresseerd het voor bekeken hield en op de patio beters ging doen. Op dat moment barstte prof Delcroix in een joviale lach uit tot verbijstering van een volle collegezaal. Ik heb me steeds afgevraagd hoeveel studenten die onbegrijpelijke passage van Voilà le chat met veel moeite hebben gestudeerd.

Vanaf die dag begreep ik dat notities nemen en zich de kramp noteren niet hetzelfde zijn. Hetzelfde fenomeen doet zich nu voor bij het inkloppen van de hoorcolleges in Word of Google docs. De studenten kijken ook niet op van hun scherm, terwijl tegenwoordig meer te zien is dan een pratend hoofd boven een lessenaar of een cathedra. Powerpoints bieden houvast. Illustraties zijn achteraf via de leeromgeving (Minerva, Pointcarre of andere) in pdf of ppt-formaat te raadplegen, terwijl vroeger de dia of overheadfolie na 3 seconden voorgoed weg bleek.

Achter hun laptopschermen die dienst doen als kamerscherm missen studenten essentiële aspecten van een hoorcollege. Reeds in 2013 wees een studie op de nadelen van laptops in een auditorium op een universiteit. De titel liet niks aan de verbeelding over: ‘Laptop multitasking hinders classroom learning for both users and nearby peers’.[1] Ondertussen stapelen de studies zich op. De recentste die de pers haalde was ‘The pen is mightier than the keyboard: Advantages of longhand over laptop note taking’.[2]  Aan de UGent ontmoette ik nog maar één professor die dit meedeelde en vervolgens laptops en smartphones uit zijn auditorium liet verbannen. Een enkele andere professor zegt wel dat de vulpen beter is dan het toetsenbord, maar verbindt geen conclusies aan die wetenschap. Nochtans pikte een ernstige krant als the Wall Street Journal de studie al op in april 2016. Handgeschreven notities leveren betere resultaten op. Als de lezer dacht dat dit sensatieresearch is dan moet hij of zij maar eens op Google Scholar zoeken naar publicaties over het met de hand notities maken bij colleges. Sedert de jaren 1970 zijn daar dozijnen studies over geweest. Onder andere ‘College students’ theory of note-taking derived from their perceptions of note-taking’ door Peggy Van Meter, Linda Yokoi en Michael Pressley.[3]

Laptops and tablets have a tendency to be distracting — it’s so easy to click over to Facebook in that dull lecture. And a study has shown that the fact that you have to be slower when you take notes by hand is what makes it more useful in the long run.’ vatte NPR de studie samen.[4] NPR is de openbare radio-omroep in de VS.

Nadere toelichting

Pam A. Mueller van Princeton University en Daniel M. Oppenheimer van de University of California Los Angeles (UCLA) onderzochten via tests hoe met de hand noteren en met de computer het leren beïnvloeden.[5] De crux zit in het letterlijk typen als een stenotypiste afgezet tegen het ‘generative note-taking’. Met de hand omvat dit immers samenvattenparafraseren en concept mapping terwijl ‘nongenerative note-taking’ letterlijk (verbatim) kopiëren inhoudt. Een concept map is een visuele weergave van een complex kennisgegeven of –domein en wordt gebruikt om structuur in complexe materie aan te brengen. Een tekeningetje dus met pijlen tussen notities.[6]

Een tweede hypothese is dat het lichamelijk verwerken een soort lichamelijk-neuraal geheugen aanspreekt dat al eeuwen gebruikt wordt tijdens het studeren. Schrijven of zitten wiegen is reeds een vorm van verwerking en verbetert het leren en het onthouden. Een derde hypothese is dat het nalezen van de (eigen) notities helpt bij het leren omdat het de context terug brengt. De conclusies waren telkens duidelijk, maar de processen dus nog niet helemaal. Maar gecombineerd met de studie van Sana, Weston en Cepeda valt er veel te zeggen om deze studies ernstig te nemen. Het multitasken zou volgens hen weleens één van de problemen kunnen zijn.

De conclusie zou dus moeten zijn dan het A5 atoma-schriftje met zijn losse blaadjes of de cursusblok in gezelschap van potlood of vulpen voorlopig nog steeds onmisbaar zijn. De laptops blijken even nutteloos als de hype van de fluomarkers waar studenten tijdens hoorcolleges in de jaren 1990 hun gefotokopieerde handgeschreven studentencursus neurotisch inkleurden in plaats van zelf notities te nemen. Los van de schrijffouten in die studentencursus (die ook nu weer opgeld maken via websites als StuDocu).[7] De fluostift wordt ondertussen veel gematigder en nuttiger gebruikt tijdens het studeren en in collegezalen zijn ze schaars geworden. Hetzelfde leerproces over de pro’s en contra’s van de computer tijdens hoorcolleges dringt zich op. De beleidsmakers dienen dit aandachtig op te volgen. Het is een maatregel die niks kost. Niet dat laptops of tablets overbodig zijn. De tablet bijvoorbeeld is dan weer wel heel nuttig voor het studeren van de pdf’s of presentaties van de colleges.

Bibliografie

Aragón-Mendizábal, E. (2016). A Comparative Study of Handwriting and Computer Typing in Note-taking by University Students/Análisis comparativo entre escritura manual y electrónica en la toma de apuntes de estudiantes universitarios. Comunicar (English edition), 24(48), 101-7.

Baker, L., & Lombardi, B. R. (1985). Students’ Lecture Notes and Their Relation to Test Performance. Teaching of Psychology, 12(1), 28-32. doi: 10.1207/s15328023top1201_9

Londers, E., Van Hemelrijck, I., Totté, N., & Berbers, Y. (2015). Concept Mapping as an Innovative Tool for Curriculum Development.

Mueller, P. A., & Oppenheimer, D. M. (2014). The pen is mightier than the keyboard: Advantages of longhand over laptop note taking. Psychological science, 25(6), 1159-68.

Sana, F., Weston, T., & Cepeda, N. J. (2013). Laptop multitasking hinders classroom learning for both users and nearby peers. Computers & Education, 62(Supplement C), 24-31. doi: https://doi.org/10.1016/j.compedu.2012.10.003

Van Meter, P., Yokoi, L., & Pressley, M. (1994). College students’ theory of note-taking derived from their perceptions of note-taking. Journal of Educational Psychology, 86(3), 323. 


[1] (Sana, Weston, & Cepeda, 2013)

[2] (Aragón-Mendizábal, 2016)

[3] (Baker & Lombardi, 1985; Van Meter, Yokoi, & Pressley, 1994)

[4] http://www.npr.org/2016/04/17/474525392/attention-students-put-your-laptops-away

[5] (Mueller & Oppenheimer, 2014)

[6] (Londers, Van Hemelrijck, Totté, & Berbers, 2015)

[7] https://www.studocu.com/nl-be


Een reactie achterlaten