Op een veiling in Frankrijk ging vandaag een prachtige kleine olieverfstudie onder de hamer. Nauwelijks groter dan een cd. Amper 135 mm op 100 mm. Wie het kocht moest 66.000 euro plus kosten neertellen. Voor een schilderij ter grootte van een postkaart.
Dit sublieme kleinood werd toegeschreven aan de Antwerpse clair-obscur-schilder Adam De Coster (Mechelen circa 1586 – Antwerpen 1643). In zijn tijd één van de belangrijkste schilders. Zeker belangrijk genoeg om door Antoon Van Dyck opgenomen te worden in zijn portrettenreeks van de topschilders uit de Antwerpse School.
Om de achterkant stonden sporen van een inscriptie. “… alken” Allicht een verwijzing naar Godefridus Schalcken (1643-1706). De Hollandse meester van de schilderijen met een kaarslicht.
De veilingmeester suggereerde zelfs een toewijzing aan Judith Leyster. Zoals alle vrouwelijke kunstschilders zeer goed in de markt liggend omdat musea en media steeds meer moeite doen om de enkele werken qua oude kunst van de hand van vrouwelijke ‘meesters’ extra aandacht te geven.
Zelf zou ik wel eens de dendrochronologische datering van het eikenpaneeltje willen zien. Want ondanks de ontegensprekelijke charme van het werkje heb ik zo mijn twijfels qua toeschrijving en qua datering.
Wie ander werk van Adam De Coster ziet (op veel groter formaat) moet toch minstens een beetje twijfelen.
De schildering van het wijnglas trekt echt op niks. Maar is dat een probleem als het een voorstudie of een olieverfschets is?
Mijn buikgevoel zegt dat dit Hollandse schilderkunst is van midden 17de eeuw. Niet Antwerps. En ik denk dat de gulle koper zelfs meent te weten wat het dan wel is. Mocht ik enkele vermoedens opperen dan loop ik het risico van op basis van foto’s me enorm te vergalopperen. Maar als ik nog maar in de buurt lijk te zitten dan is 66.000 euro misschien zelfs een koopje. En dan zal dit misschien weldra wel ergens in de media groots gebracht worden.