Dit essay verscheen eerder in Civis Mundi Digitaal #72 op 2 december 2018.

Ruim één op de vijf Belgische gezinnen leeft in energiearmoede, een percentage dat al enkele jaren stabiel blijft, zo blijkt uit de jaarlijkse Barometer Energiearmoede.” Ondanks dure eden die Kamerleden en regeringsleden zwoeren schiet het dus niet op. Het meest bevreemdende is dat stookolie- en aardgasprijzen van 2014 tot de eerste helft van 2016 daalden.

De zwaksten in de samenleving besteden altijd een groter deel van hun middelen aan energie dan andere gezinnen. Het alternatief is het verbruik zoveel mogelijk te beperken. De Barometer Energiearmoede wordt op vraag van de Koning Boudewijnstichting uitgevoerd door teams van de Universiteit Antwerpen (OASeS) en de ULB (CEESE).[i] Jaarlijks meet ze hoe groot deze groep energiearmen is. Belgische barometer kreeg navolging in een gelijkaardig onderzoek op Europees niveau.

De grootste risicogroep zijn alleenstaanden en in het bijzonder éénoudergezinnen die de stijgende energiefacturen niet meer aankunnen. Tel daarbij dat volgens de Barometer Energiearmoede mensen die met energiearmoede kampen “veel vaker aan in slechte of zeer slechte gezondheid” verkeren.

In 2016 had 14,5 procent van de gezinnen te maken met gemeten energiearmoede, wat betekent dat hun energiefactuur 11,8 procent of meer van hun beschikbaar inkomen (na aftrek van woonkosten, d.i. hoofdzakelijk huur of afbetaling van hypotheek en onroerende voorheffing) opslokt – dubbel zoveel als bij het doorsnee gezin, waar dat op 5,9 procent ligt.”

Verborgen armoede

De onderzoekers melden dat “daarnaast is er in 3,8 procent van de gezinnen verborgen energiearmoede: zij beknibbelen zodanig op hun verbruik (o.a. minder verwarmen) dat ze minder dan de helft verbruiken dan wat even grote gezinnen in vergelijkbare woningen verbruiken.” De onderzoeker merken terecht op dat “Dit cijfer houdt al rekening met een klein percentage van mensen die hun verbruik extra laag houden doordat ze hebben geïnvesteerd in een zeer energiezuinige woning.”

Even zorgwekkend is de subjectieve energiearmoede: “4,9 procent van de gezinnen verklaart onvoldoende financiële middelen te hebben om de woning te verwarmen.” Die groep van subjectieve energiearmen vormen een bron van aanhoudende zorg want zij zullen “bij een kleine bijkomende tegenslag in de andere vormen van energiearmoede belanden” aldus de studie. Deze conclusie is schrikbarend want in 2016 zou in totaal 21,2 procent van de gezinnen leven in energiearmoede.

Dit keer onderzochten de onderzoekers ook de correlatie tussen energiearmoede en gezondheidsproblemen. Wat oorzaak en wat gevolg is valt moeilijk te zeggen, maar “wel is duidelijk dat de groepen die met energiearmoede kampen, veel meer aangeven met gezondheidsproblemen te sukkelen. Van de totale bevolking verklaart 8,8 procent in slechte of zeer slechte gezondheid te zijn, bij mensen in gemeten energiearmoede is dit liefst 19,4 procent”.

De energiearmoede evolueerde sinds 2009 nauwelijks. Dit terwijl van 2014 tot en met de eerste helft van 2016 de prijzen voor aardgas en stookolie duidelijk daalden. Vooral in Vlaanderen steeg de elektriciteitsfactuur in 2015-2016 ondanks lagere energieprijzen op de markt. Neem elektriciteit dat gemiddeld voor 30 procent van het totale energieverbruik instaat, daar is meer dan de helft van de factuur niet eens elektriciteit maar allerhande belastingen en bijdragen. De post energie op die factuur is in Vlaanderen groter dan de gehele factuur met kosten en belastingen in Nederland! De ironie wil zelfs dat beschermde klanten met sociaal maximumtarief ook 25 euro per jaar moeten betalen aan het Energiefonds dat de energiearmoede moet helpen bestrijden. Een stad als Antwerpen ontving in 2018 meer dan 1 miljoen euro van die pot geld, en de jaren 2016 en 2017 zelfs, 1, 1 miljoen euro. Niettemin hielp de stad via haar bijstand amper 102 gezinnen met dat geld. De rest ging op aan werkingskosten. Voor de steden is de pot van het Energiefonds een alternatieve vorm van financiering. De sukkelaars betalen dus 25 euro per jaar om niks of bijna niks terug te krijgen als ze in problemen belanden.

Wet die niet werkt

De wet van 4 september 2002 houdende toewijzing van een opdracht aan de openbare centra voor maatschappelijk welzijn inzake de begeleiding en de financiële maatschappelijke steunverlening aan de meest hulpbehoevenden inzake energielevering vermeldt twee doelstellingen:[1]

  • de noodzakelijke ondersteuning en sociale en budgettaire begeleiding te verstrekken aan personen die betalingsmoeilijkheden ondervinden, inzonderheid met hun rekeningen voor gas en elektriciteit. Het gaat hier om de onderhandeling inzake afbetalingsplannen en/of het opzetten van een budgetbegeleiding;
  • financiële maatschappelijke steun toekennen aan personen waarvan de schuldenlast van die aard is dat zij, ondanks hun persoonlijke inspanningen, hun gas- en elektriciteitsrekeningen niet meer kunnen betalen.

Dezelfde officiële bron meldt:

  1. “De wet komt in artikel 4 tegemoet aan de eerste doelstelling door tussenkomsten in personeelskosten toe te kennen aan de OCMW’s zodat zij bemiddelingsdiensten kunnen opzetten.”
  2. “Artikel 6 komt van zijn kant tegemoet aan de tweede doelstelling via twee soorten maatregelen: enerzijds het toekennen van tegemoetkomingen inzake niet-betaalde rekeningen, anderzijds de mogelijkheid om maatregelen te nemen in het kader van een preventief sociaal energiebeleid. Binnen het kader van de middelen die hem worden toegekend, beslist het OCMW aan welke in artikel 6 vermelde maatregel voorrang wordt gegeven.”

De taak van het Energiefonds is volgens de POD Maatschappelijke Integratie : “Het fonds financiert ook een opdracht aan de OCMW’s. De centra moeten daarmee de begeleiding en de financiële maatschappelijke steunverlening aan de meest hulpbehoevenden inzake energielevering verzekeren. De OCMW’s mogen met deze middelen een dienst voor schuldbemiddeling en budgetbegeleiding opzetten. Zo kunnen ze cliënten helpen die betalingsmoeilijkheden hebben. Ze kunnen ook achterstallige rekeningen aanzuiveren en maatregelen nemen voor een preventief sociaal energiebeleid.”

Niettemin was er in 2016 maar voor 102 gezinnen in Antwerpen een dossier volgens het recentste jaarverslag van het OCMW Antwerpen. Recentere cijfers zijn niet beschikbaar. Wetende dat voor de periode van de vernietigde Turteltaks zelfs gezinnen met sociaal tarief een bijdrage voor het Energiefonds van 25 euro per jaar moesten betalen lijkt dit schandalig.

Het OCMW Antwerpen beschouwt dus blijkbaar de middelen van het Energiefonds als werkingsmiddelen. Dit was nooit de bedoeling van de wetgever. Deze praktijk lijkt toch een bijzonder vreemde invulling qua strijd tegen energiearmoede. Geld om energiearmoede te bestrijden bij de armsten dat grotendeels naar lonen van ambtenaren gaat terwijl het de rekeningen van alle gezinnen fors mee helpt verhogen.

De energiearmoede treft vooral alleenstaanden (vooral vrouwelijke alleenstaanden) en eenoudergezinnen. “Waar ‘slechts’ 4,7 procent van de koppels leeft in gemeten energiearmoede, is dat bij alleenstaanden 28 procent en bij eenoudergezinnen 18,6 procent.”

Het Platform tegen Energiearmoede, waarin een zeer brede groep van stakeholders rond de tafel zit en dat wordt beheerd door de Koning Boudewijnstichting, kwam recentelijk tot concrete aanbevelingen om de strijd tegen deze vorm van armoede aan te gaan. De belangrijkste aanbevelingen zijn de vereenvoudiging van de energiefactuur enerzijds en voor extra inspanningen voor de renovatie van sociale woningen anderzijds.[ii]


[1] https://primabook.mi-is.be/nl/energie/energiefonds-gas-en-elektriciteit


[i] De barometer steunt op de Belgische databank van de EU-SILC-enquête over de levensomstandigheden van huishoudens. Deze enquête wordt jaarlijks uitgevoerd bij een steekproef van ongeveer 6.000 gezinnen en bevat vrij gedetailleerde informatie over de energiekosten. De grenswaarden die aangeven wat ‘normaal’ is, worden jaarlijks herberekend zodat rekening kan worden gehouden met o.a. de evolutie van de energieprijzen, van de inkomens, van de weersomstandigheden.

[ii] www.kbs-frb.be


Een reactie achterlaten